Voet: Tarsaal tunnel syndroom

Definitie:

Beknelling van de nervus tibialis posterior ter hoogte van de binnenenkel, alwaar de zenuw samen met de arteria tibialis posterior en enkele pezen onder een strakke band (ligamentum laciniatum of het retinaculum van de flexorpezen van de voet) door een tunnel, de tarsaal tunnel, loopt. Nadien splitst de zenuw in de nervus plantaris medialis en lateralis en de nervus calcaneus.

Symptomen:

Pijn, brandend gevoel, tintelingen en doofheid  aan de binnenzijde van de enkel, voet en voetzool, voornamelijk uitstralend naar de grote teen, teen II, teen III en evt. de mediale zijde van teen IV. Uitlokkende beweging: heffen van de voet en het naar binnen knikken van de enkel. De klachten worden erger vooral ’s avonds en ’s nachts na lang staan en hardlopen. Ook typisch tijdens autorijden en het bedienen van de pedalen kunnen de symptomen ontstaan. Bij rust, hoogstand en massage wordt de last beter.

Oorzaken:

Verdikte pezen, cysten, (rheumatoïde) arthritis van de enkel, standafwijkingen voet (platvoeten), overbelasting (beroepen die lang rechtstaan vereisen, atleten) Diabetes mellitus, zwangerschap, schildklierlijden en neurofibromatose zijn risicofactoren voor het ontwikkelen van een tarsaal tunnel syndroom.

Diagnose:

Klinisch onderzoek, teken van Tinel en EMG.

Therapie:

Conservatief: ontstekingsremmers,  lokale cortisone-infiltratie, fysiotherapie en aangepast schoeisel waarbij de drukpunten t.h.v. de binnenenkel geneutraliseerd worden.

Heelkunde: Enkel patiënten die geen verbetering ondervinden na een periode van conservatieve behandeling komen in aanmerking voor heelkunde. De patiënten worden behandeld in dagziekenhuis – settting waarbij het er op neer komt dat de meeste patiënten een halve dag in het ziekenhuis aanwezig zijn. De ingreep gebeurt met een korte algemene verdoving waarbij de patiënt een larynxmasker krijgt. Eens de patiënt in slaap is, wordt de bloedtoevoer naar het been tijdelijk onderbroken met een brede band t.h.v. het bovenbeen. De ingreep bestaat uit het maken van een insnede achter tot schuin onder de binnenenkel van 5-10 cm. Hierbij wordt de tibialis posterior zenuw opgezocht en onder optische vergroting (loupebril of microscoop) vrijgelegd ("neurolyse") waarbij het ligament doorgenomen wordt en de drie eindtakken gedecomprimeerd worden. Hierna wordt nog een kleine drainage aangelegd, om de nabloeding op te vangen de eerste uren. Dit bestaat uit een klein plastic buisje dat doorheen de huid naar buiten komt en aan een klein opvangreservoir in harmonica-vorm vastgemaakt is. Bij ontslag uit het dagziekenhuis wordt de drainge simpelweg uitgetrokken door de verpleegkundige.